Een addertje onder het gras

Soms maak je iets mee waardoor een spreekwoord of uitdrukking eerder letterlijk dan figuurlijk is. Zo ook mijn laatste uitstapje naar de Veluwe.

Het is al jaren een grote wens van mij om eens oog in oog met een wilde slang te staan. In Nederland zijn we zeer beperkt in onze soorten en aantallen. Deze soorten slangen zijn: ringslang, adder en gladde slang.
Helaas maar wel begrijpelijk worden veel gebieden waar slangen leven, afgesloten voor publiek. Ook wordt over het algemeen weinig verteld over locaties waar ze zouden leven. Nu is dit natuurlijk helemaal terecht, want net zoals er in Afrika en Zuid Amerika mensen zijn die dieren afschieten of vangen voor geld, gebeurd dit ook in Nederland. Blijkbaar zijn er mensen die deze wonderlijke dieren niet kunnen laten leven in hun natuurlijke biotoop en het mooier vinden om deze diertjes in een glazen bakje van een kleine 2,5 kubieke meter. Vandaar dat mijn hoop om een slang in Nederland tegen te komen niet echt groot was.

Toen we afgelopen jaar besloten naar Peru op vakantie te gaan werd mijn hoop een heel stuk groter. We zouden namelijk 4 nachten in de jungle verblijven en daar stikt het natuurlijk van de reptielen en amfibieën. Helaas mocht het hier niet zo zijn. Onze gids was ook best teleurgesteld, want hij komt meestal wel minimaal 1 slang tegen. Nu waren we helaas 1 keer net te laat en vonden we alleen een afgeworpen huid en waren we een keer te vroeg klaar met een wandeling, want de groep na ons vond een mooi groot exemplaar. Ondanks dat het natuurlijk een bijzonder gave ervaring was om in de Amazone te verblijven, baalde ik wel dat we geen slang hadden gezien.

Eenmaal thuisgekomen besloot ik om te kijken wat de mogelijkheden zouden zijn om in Afrika een slang tegen te komen (onze volgende bestemming) toen ik plots een artikel op het internet zag verschijnen over slangen in Nederland. Ik besloot me eens wat meer te gaan verdiepen in 'onze eigen soorten'. Wat ik niet had verwacht, was dat slangen zich al vrij vroeg in het voorjaar laten zien. Juist in de maanden maart en april is dit goed te doen, omdat ze dan uit hun winterslaap komen en de eerste zonnestralen gebruiken om zich op te warmen.

Na heel wat uurtjes zoeken op het internet, kwam ik een geschikte locatie tegen ergens op de Veluwe en ik besloot hier maar eens een kijkje te gaan nemen.
Het bord langs de parkeerplaats beloofde al veel goeds. Daar stond dat de adder hier jaarlijks wordt gesignaleerd en dat er ook regelmatig wat mensen en huisdieren een bezoek moeten brengen aan de dokter vanwege een adderbeet....
Ik begon al snel fanatiek te zoeken en mijn geduld werd uiteindelijk beloond. Na ruim anderhalf uur zag ik vanuit mijn ooghoek een donker hoopje onder het gras liggen. Ik ben stokstijf blijven staan en langzaam maar zeker werd het beestje wat nieuwsgieriger, kwam onder het gras vandaan en liet zich eens goed bekijken. Tijdens dit moment kon ik het bijna uitschreeuwen van geluk. Het beestje stak zijn kop naar voren en leek me strak aan te kijken met haar strenge blik. Na een klein half uurtje was ze voldoende opgewarmd en kroop het beestje weer onder het gras. Perfect gecamoufleerd want ik kon ze nergens meer vinden.

Eenmaal terug in de auto had ik even een paar minuten nodig om mijn adrenaline wat naar beneden te krijgen. Ik had zojuist het meest giftige dier van Nederland gezien op nog geen 2 meter afstand en er ook nog eens een paar mooie foto's van kunnen maken. Wat een prachtig beest!

Om mijn geluk vervolgens nog eens verder op de proef te stellen ben ik een week later op zoek gegaan naar de ringslang. Dit is over het algemeen een soort die makkelijker te vinden is en in grotere aantallen bij elkaar zitten. Ook is men minder geheimzinnig over deze soort, dus het verkrijgen van de juiste locatie en informatie was nu iets makkelijker.

Met weer een mooie lentedag op komst ben ik naar de plek van bestemming gereden. Een locatie die lijkt op vele andere locaties in Nederland, maar op de een of andere manier vinden de ringslangen het hier prima vertoeven.

Na een klein uurtje zag ik het eerste beest snel wegkruipen. Een fors beest van ruim 80 tot 100 cm. Weer een stukje verderop lag een wat kleiner exemplaar, maar ook deze kroop vrij snel weg. Mijn frustratie begon al weer op te borrelen toen ik plots een hard geritsel hoorde. Absoluut geen vogels of muizen die daar ook veel zaten. Ik klom een metertje de heuvel op en daar zag ik tot mijn verbazing 4 ringslangen om elkaar heen kronkelen. Parende slangen. Te gek! Na snel wat foto's te hebben gemaakt kwam er nog een slang bij. Deze was erg nieuwsgierig en durfde mij te naderen op nog geen 30cm.

Kortom, weer een geweldige dag en weer een nieuwe slangensoort erbij.

Ringslang kruipend tussen de bladeren op zoek naar een paringspartner.
Ringslang kruipend tussen de bladeren op zoek naar een paringspartner.

Reactie schrijven

Commentaren: 0